PvdA en EVB stellen schriftelijke vragen inzake opbouw van woningen in Carnisselande

Sinds het begin van de coronapandemie ontvangen de fracties van de PvdA en EVB geregeld berichten van Barendrechters uit Carnisselande die hun woning willen uitbreiden, bijvoorbeeld met een dakkapel of een extra woonlaag, waardoor ze net wat meer vierkante meters hebben. Deze Barendrechters lukt het vaak niet om in de huidige overspannen woningmarkt een ruimer betaalbaar huis te vinden. Door op deze manier wat extra verblijfs- of bergruimte te creëren, kunnen deze Barendrechters met hun gezin blijven wonen in hun huidige huis.

De afgelopen jaren zijn meerdere individuele verzoeken voor een dakopbouw, al in het vooroverleg met de gemeente afgewezen vanuit (1) een stedenbouwkundig uitgangspunt (ruimtelijk kwaliteitsplan) én (2) omdat gemeente Barendrecht vindt “dat het noodzakelijk is dat er een diversiteit aan woningen blijft bestaan van diverse (prijs-)categorieën”.

Naar aanleiding hiervan hebben beide fracties een aantal vragen gesteld aan het college. Het betreft de volgende vragen:


Geachte college,

Zoals hierboven aangegeven hebben wij van meerdere inwoners vernomen dat individuele verzoeken voor een omgevingsvergunning zijn afgewezen.

1 a. Kunt u aangeven hoe frequent een omgevingsvergunning de afgelopen jaren in het informele traject, bijvoorbeeld in een vooroverleg, door de gemeente zijn afgewezen? Wanneer u dit niet kunt aangeven, kunt u dan uitleggen waarom dit niet kan?

1 b. Het college van B&W heeft binnen de Woningwet de mogelijkheid om bij strijd van een bouwplan met redelijke eisen van welstand, toch de omgevingsvergunning te verlenen als zij van oordeel is dat daarvoor bijzondere redenen zijn bijvoorbeeld van economische of maatschappelijke aard. Kunt u aangeven hoe u deze bevoegdheid ziet en kunt u aangeven of en zo ja, op welke wijze u deze bevoegdheid de afgelopen jaren heeft ingezet?

2. Bij wijzigingen bij en aan woningen spelen de gebiedscriteria uit de nota welstandsbeleid een grote rol. De gemeenteraad stelde de nota Welstandsbeleid Barendrecht in 2004 vast. In deze nota staan welstandscriteria, die bij de beoordeling van aanvragen om omgevingsvergunningen gebruikt worden. Deze criteria verschillen per wijk, zo mogen er in de stadse rechthoek Carnisselande (Gebied 12: wijken Waterkant, Havenkwartier, Meerwede-Zuid, Meerwede-Noord, Vrijheidsakker en Vrijenburg) niet vanzelfsprekend dakopbouwen op woningen met platte daken worden geplaatst. En voor Gaatkensoog (gebied 14) bestaan strengere voorschriften. Onze fracties hechten grote waarde aan de kwaliteit van onze leefomgeving en daarmee ook aan de welstandsnota, maar zien ook dat er door de wooncrisis een toenemende spanning is ontstaan tussen de criteria die in de welstandsnota zijn opgenomen en de wensen en noden die bij sommige Barendrechters bestaan. Ziet u deze spanning ook? En zo ja, ziet u in dit kader kansen, bijvoorbeeld waar het gaat om een mogelijk ander of specifieker gebruik van deze criteria, voor de bestaande woningvoorraad?

3. In de Woningwet wordt voorgeschreven dat het welstandsbeleid en de welstandsnota jaarlijks moeten worden geëvalueerd. De gemeente Barendrecht laat zich bij de beoordelingen van aanvragen om omgevingsvergunningen adviseren door de welstandscommissie, ook wel de “commissie Ruimtelijke kwaliteit” van stichting Dorp, Stad en Land. Op grond van artikel 12b, derde lid van de Woningwet moet de welstandscommissie jaarlijks verslag uitbrengen aan de gemeenteraad

  • Klopt het dat de welstandscommissie over het jaar 2021 nog geen verslag heeft uitgebracht? Zo ja, kunnen wij nog een jaarverslag verwachten?

  • Is het jaar 2021 door het (vorige) college geëvalueerd? Zo ja, wat waren de bevindingen? Zo nee, waarom niet?

  • Is het college bereid om een bijeenkomst voor de gemeenteraad te organiseren waarin wordt ingegaan op de actuele ontwikkelingen betreffende de kwaliteit van de dagelijkse leefomgeving? Tijdens deze bijeenkomst kan dan ook worden ingegaan op de toepassing en de effectiviteit van het gevoerde welstandsbeleid en de wijze waarop het college van B&W is omgegaan met de welstandsadviezen. Mogelijk vloeien uit deze bijeenkomst nog wensen van de gemeenteraad voor aanvullingen voor de welstandsnota. Indien u hiertoe bereid bent op welk termijn zou een dergelijke bijeenkomst kunnen?

Wij zien uw beantwoording met interesse tegemoet. Met vriendelijke groet,

Tina Jakoeb                                                               Roeland Bol

PvdA                                                                          Echt voor Barendrecht


Dank aan de wethouder voor de beantwoording van de vragen. In zijn beantwoording geeft de wethouder het volgende aan:

Bebouwingsmogelijkheden zijn met name afhankelijk van het ruimtelijke beleid. Mede in het kader van de Omgevingswet houden we de mogelijkheden voor bestaande woningen de komende jaren tegen het licht. Bij dit onderzoek moet u vooral denken aan de ruimtelijke effecten die dit teweeg brengt. Niet alleen stedenbouwkundig, bijvoorbeeld middels een setback per blok, niet separaat per woning, maar ook met het oog op de mogelijke effecten op het parkeren en de openbare ruimte in de wijk. Daarnaast wordt bij het mogelijk aanpassen van het beleid voor de bebouwingsmogelijkheden ook nadrukkelijk gekeken naar de effecten op het bestaande (betaalbare) woningmarktsegment. Bij het opstellen van de Omgevingsvisie, het ‘Integraal programma wonen’ en het Omgevingsplan zullen de noodzaak, kansen, wenselijkheid en prioriteit van bebouwingsmogelijkheden van bestaande woningen worden uitgewerkt. In dit kader zullen wij voor u in 2023 een bijeenkomst organiseren“.

De PvdA wacht de bijeenkomst af en zal tijdens de bijeenkomst hier verder op gaan.

De beantwoording van de vragen door de wethouder kunt u hieronder terugvinden.

700841-Brief-wethouder-vd-Linden-over-Beantwoording-schriftelijke-vragen-inzake-op-bouw-van-woningen-

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *